• Nieuws

Den Haag verscherpt de vrijstelling voor het verwerken van stromest!

Dat de overheid zich verregaande bemoeit met de veehouderij wisten we al, maar om straks gedwongen te worden om op een onverstandige manier onze stallen in te strooien en stromest te gaan verwerken die al is gestrooid, is van de zotte.

 

Als je nu het amendement op wetsvoorstel leest dat al in september 2013 aangenomen is, komen we als vleesveehouders vanaf 1 januari 2015 erg moeilijk in aanmerking voor de vrijstelling om stromest te verwerken omdat “volledig instrooien” in diverse stallen simpelweg niet mogelijk is.

Het gaat hier om een wijziging in de definitie. Waar eerst de vrijstelling gold voor stallen die “vrijwel geheel” zijn ingestrooid, is nu een aanscherping toegepast met “volledig ingestrooid”. En niet met zo maar een klein beetje stro, want je bent pas vrijgesteld als je de hele stal volledig met een minimaal pak stro van 15 cm instrooit! Het aangenomen amendement luidt dan ook dat de vrijstelling van vaste mestverwerking alleen geldt voor ruimtes waar een dier loopt, eet en leeft, volledig moet worden ingestrooid met een 15 cm dikke strolaag. De vleesveehouderij is in de toelichting van het amendement zelfs expliciet genoemd.

 

 

Leon Moonen, voorzitter van LTO Vakgroep Vleesveehouderij maakt de waarschijnlijk onbedoelde misvatting direct aanhangig en brengt zijn tweeledige zorg van het aangenomen amendement sterk onderbouwd over aan mevrouw D. Hendriks van het Ministerie EZ: “Het tijdstip van invoering per 1 januari 2015 (15 maanden na aangenomen amendement) is absoluut onaanvaardbaar, bij formele publicatie van de AMVB in november 2014, moeten ondernemers die reeds alle mest in Nederland hebben afgezet de mest met terugwerkende kracht nog gaan ‘verwerken’. Vergelijk dit met de situatie van het verbod fosfaatkunstmest op het moment die al gestrooid is. Dergelijke zaken zal het ministerie EZ toch niet al te vaak over zichzelf willen afroepen.”, aldus Leon Moonen aan mevrouw Hendriks. Tevens stelt hij haar de oplossing voor. Leon Moonen: “Ingang met terugwerkende kracht per 1-1-2014. Aan de SGP is in een AO mest in april 2014 toegezegd dat er ‘voor de zomer van 2014’ over stromest duidelijkheid zou zijn.”

 

 

Ten tweede stelt Leon voor dat de tekst zal leiden tot verwarring en onzekerheid. Het amendement is immers opgesteld voor “echte strobedrijven”, maar die zijn in de wet niet precies gedefinieerd. Hier stelt Leon ook dat met name in de vleesveehouderij diverse vormen van stallen voorkomen waardoor de letter van de wet dan niet uitvoerbaar kan zijn.

Dan zijn er nog andere zaken die het volledig instrooien bemoeilijkt. Onze dieren hebben juist behoefte aan een gedeelte verhard oppervlak, zodat de klauwen kunnen slijten en ze gelijkvloers kunnen lopen. Daar zijn namelijk ook de nieuwe stalconcepten op afgestemd, zoals bijvoorbeeld de hellingstal. Achteraan een strobed om te liggen en vooraan minder stro tot de overgang naar een hard oppervlak waar de dieren lopen en eten. Het ontbreken hiervan zou meer klauwproblemen geven.

De achterliggende gedachte van het aangenomen amendement zal dus wel goed bedoeld zijn, maar niet goed doordacht en gedefinieerd. Zoals Leon Moonen nu aantoont, blijft het voorlopig voor de vleesveesector onuitvoerbaar en zal in deze gevallen een goede onderbouwing missen.

Uberhaubt blijft daarna de vraag hoe men deze regel wil gaan controleren, maar dat is van later zorg!

 

 

Ik vermoed dat  het allemaal wel goed zal aflopen voor ons en onze prachtige Limousientjes, zeker omdat nu een ervaren persoon met verstand van zaken als Leon Moonen de zaak aanhangig heeft gemaakt bij het ministerie EZ.

Wie strooit, die blijft…

Heeft u een vraag of wilt u bij ons komen proeven?

Laat hier uw gegevens achter en wij nemen contact met u op